De roep van het land is onweerstaanbaar.
Elke stap op dit magisch stukje aarde brengt me elke dag weer dat intens gevoel van verbondenheid met de schoonheid van de natuur.
Een schoonheid die aan de oppervlakte prachtig tastbaar en zintuigelijk waar te nemen is, maar die tegelijkertijd mijn binnenste zo symbolisch diep raakt.
Het zachtjes verkleuren van het groen, terwijl er rode sluiers worden gevormd, zelfs bladergordijnen die zich openen als poorten, het zijn poorten die me uitnodigen naar een natuurlijke verstilling.
Stilstaan in grote dankbaarheid voor wat de herfstsfeer met ons deelt. Die overvloed opslaan in al onze vezels en onze harten laten zakken in die pure eenvoud ervan.
Terwijl Reinhard wordt uitgenodigd tot contemplatie, door de meer dan twee eeuwen oude eik, die van nature die verstilling in zich draagt, om met zachte maar kordate aandacht aanwezig te zijn en in die diepe rust te duiken, omarmt door moeder natuur…
…wordt mijn innerlijk kind geprikkeld door het zonlicht. Ze lijkt vastberaden…voor haar zal het nooit winter worden. Zij lonkt naar de schommel aan een zijtak van de prachtige eik.
Zij nodigt mij uit om al spelend door de seizoenen te glijden, ruimte te geven aan haar eindeloze creativiteit, mee te voelen hoe de lente al volop door haar aders stroomt.
Er schuilt iets oneindig helend in de boodschappen van de natuur.
Mezelf over te geven aan haar zachte maar krachtige stilte, maakt onlosmakelijk iets van een diep, zelfs puur kinderlijk, vertrouwen in mij wakker.
De zekerheid dat na de nacht, de dageraad komt en de lente vanzelf volgt op de winter.